Belangenbehartiging
KHN: Oplossingen nodig om verbod op rookruimten goed te laten verlopen
Financiële compensatie nodig
Zondag 1 juli 2018 is het tien jaar geleden dat het rookverbod in de horeca werd ingesteld. Consumenten en horecaondernemers verzetten zich hier aanvankelijk tegen, maar de laatste jaren wordt er -zoals wettelijk geregeld- alleen nog gerookt in speciale rookruimten die cafés, restaurants en hotels hebben ingericht voor gasten die roken en op terrassen. Onlangs kondigde het kabinet aan dat rookruimten op termijn worden verboden. Daarbij is een termijn van 2 jaar genoemd. KHN pleit voor een overgangsperiode van 6-10 jaar en voor oplossingen om toename van overlast op straat te voorkomen als rokers niet meer in een rookruimte terecht kunnen.
Robèr Willemsen, voorzitter van KHN sprak hierover met NU.nl: “Op dit moment rookt 25% van de mensen boven de 18 jaar. Die mensen willen we in de horeca ook kunnen ontvangen. Als rookruimten over twee jaar worden verboden, dan gaat dat onder andere voor overlast zorgen op straat, zeker bij nachthoreca. En ook voor de veiligheid van discotheken levert dat problemen op. Of denk aan de Paradiso’s, Melkwegs en Ahoy’s. Iedereen die wil roken zal naar buiten gaan en even later weer terugkomen. Als dat een paar keer op een avond gebeurt gaat de beveiliging minder streng controleren.”
Overlast op straat voorkomen
KHN vindt daarom dat een periode van 6-10 jaar nodig is om rookruimten op een goede manier uit te faseren. En om samen met gemeenten oplossingen te vinden om overlast op straat te voorkomen als rokers daar een sigaret opsteken. Robèr Willemsen: “Daarover zijn we met staatssecretaris Blokhuis in gesprek en die gesprekken verlopen heel constructief. We snappen echt wel dat het op termijn gaat stoppen, maar laat iedereen er eerst aan wennen.”
Als er over enkele jaren helemaal niet meer in cafés, restaurants discotheken mag worden gerookt, komen daarna hoogstwaarschijnlijk de terrassen aan de beurt. Staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid) liet in mei weten dat als een volgende stap te zien. Maar dat stuit op verzet binnen de horeca. “Van terrassen moeten ze voorlopig afblijven. Ik ben daar echt faliekant op tegen”, stelt Robèr Willemsen, “Er zijn al ondernemers die zeggen: ‘mijn terras is rookvrij’. Dus wie op een rookvrij terras wil zitten heeft al keuze genoeg. Je moet je ook echt afvragen hoeveel beperkingen je mensen op wil leggen.”
Robèr Willemsen: “De overheid moet wat mij betreft een 'grote kerel' zijn. Ze moeten de miljarden die ze aan accijnzen ontvangen opzij schuiven en een algeheel verbod op sigaretten instellen. Want straks mag je op het terras van een café niet roken, maar als je een paar meter verder op het trottoir gaat staan mag het wel.”
Financiële compensatie nodig
Daarnaast is er ook het financiële aspect waar volgens Robèr Willemsen veel horecagelegenheden mee te maken hebben. “Tot januari was het beleid dat er in de horeca nog mocht worden geïnvesteerd in rookruimtes. We zien dat doorgaans wordt begroot dat die ruimtes in vijf tot zeven jaar worden afgeschreven. We zien dat de afgelopen tien jaar 70 tot 90 miljoen euro is geïnvesteerd in rookruimtes. Een deel daarvan is zeven jaar geleden gedaan en dus al terugverdiend, maar een groot deel ook nog niet. Dat is dus weggegooid geld. Voer het verbod pas over een aantal jaar in (volgens KHN is dat daarvoor een termijn van 6-10 jaar noodzakelijk), je zal zien dat er dan veel meer draagvlak voor is.”