Per 1 januari 2025 krijg je als horecaondernemer te maken met nieuwe wetten en regels. We hebben de belangrijkste wetswijzigingen voor je verzameld.
Vanaf 2025 mogen gemeenten zero-emissiezones invoeren. In deze gebieden mogen alleen nog bestelbussen en vrachtwagens komen die niet te erg vervuilen.
De emissieklasse zegt iets over hoe schoon je voertuig is. Hoe hoger de emissieklasse, hoe lager de uitstoot van schadelijke stoffen. Je vindt de emissieklasse van je voertuig via de zero-emissie kentekencheck.
Vanaf 2025 betaal je bpm voor het kopen van een bestelauto met CO2-uitstoot. Bpm staat voor belasting van personenauto's en motorfietsen. Hoeveel bpm je betaalt, hangt af van de CO2-uitstoot van de bestelauto. Hoe meer uitstoot, hoe meer belasting. Voor elektrische bestelauto's en andere auto's zonder schadelijke uitlaatgassen betaal je ook na 2025 geen bpm.
Heb je personeel in dienst en betaal je het minimumloon? Dat minimumloon wordt ieder half jaar aangepast. Op 1 januari 2025 gaat het wettelijk minimumloon omhoog en wordt voor werkenden vanaf 21 jaar 14,06 euro per uur. Zie de loontabel per 1 januari 2025.
Per 1 januari 2025 treedt de nieuwe Horeca-cao 2025-2026 in werking. Meer informatie hierover is te vinden elders op onze website.
De maximale onbelaste dagvergoeding voor werknemers die thuiswerken, gaat op 1 januari 2025 omhoog van € 2,35 naar € 2,40 euro. De maximale onbelaste reiskostenvergoeding blijft in 2025 € 0,23 euro per kilometer.
Sinds 1 juli 2024 zijn werkgevers met meer dan 100 werknemers verplicht alle kilometers die medewerkers afleggen voor zakelijk en woon-werkverkeer aan te leveren in het registratiesysteem van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Uiterlijk 1 juli 2025 moeten bedrijven deze gegevens over het kalenderjaar 2024 ook daadwerkelijk hebben gerapporteerd in het online platform van de RVO.
Vanaf 1 januari 2025 vervalt het lage-inkomensvoordeel (LIV). Dat betekent dat werkgevers met personeel geen tegemoetkoming meer krijgen in loonkosten. Een werknemer die onder het LIV valt, werkt minstens 1.248 uur per jaar en verdient gemiddeld tussen 100 en 125 procent van het minimumloon. Let op: 1 januari 2024 is de bovengrens van het gemiddelde uurloon verlaagd van 125 naar 104 procent.
Per 1 januari 2025 gaat het loonkostenvoordeel (LKV) voor oudere werknemers (56+) omlaag: van € 3,05 per uur (maximaal € 6.000 per jaar) naar € 1,35 per uur (maximaal € 2.600 per jaar). Het LKV voor een deel van deze doelgroep (werknemers die zijn begonnen op of na 1 januari 2024) wordt geheel afgeschaft op 1 januari 2026. Voor werknemers uit deze groep die zijn begonnen vóór 1 januari 2024, blijft het LKV wel gelden. Voor hen houdt de werkgever maximaal 3 jaar recht op het LKV voor oudere werknemers.
Het LKV voor de doelgroep arbeidsbeperkte werknemers wordt per 1 januari 2025 verruimd. Vanaf dan kan de werkgever ook LKV krijgen als de werknemer zijn eigen werk helemaal of deels hervat, of in een andere functie bij dezelfde werkgever herplaatst wordt voordat hij recht heeft op een WIA-uitkering. De werkgever krijgt het LKV voor herplaatste werknemers met een arbeidsbeperking dan vanaf de dag dat de WIA-uitkering ingaat.
De premiepercentages (Awf-premies) gaan iets omhoog. De hoge WW-premie is in 2025 7,74%, de lage WW-premie is 2,74%. Deze verhoging stond in het hoofdlijnenakkoord gepland voor 2026, maar is een jaar naar voren gehaald.
Werkgevers betalen de hoge WW-premie bij flexibele contracten, de lage WW-premie geldt voor vaste contracten. Maar als een werknemer met een vast contract meer dan 30% overwerkt, geldt alsnog het hoge percentage. Tot en met 2024 geldt die herziening van de premie niet als de werknemer 35 of meer uur per week werkt. Met ingang van 1 januari 2025 wordt dit versoepeld en geldt de herziening niet als de werknemer met een vast contract 30 uur of meer per week werkt.
In 2025 is de pensioenleeftijd 67 jaar, net als in 2024. In 2028 zal die worden opgetrokken naar 67 jaar en 3 maanden. Inmiddels is de pensioengerechtigde leeftijd vastgesteld tot en met 2030.
Op 1 januari 2025 gaat het percentage van de vrije ruimte in de werkkostenregeling omhoog. Voor de eerste € 400.000 van het totale fiscale loon gaat het percentage van 1,92% naar 2%. Boven de € 400.000 blijft het percentage 1,18% van de loonsom.
Per 18 november 2024 zijn er enkele wetswijzigingen doorgevoerd in de regels voor kinderarbeid. Deze staan beschreven in de Nadere regeling kinderarbeid (Nrk). Voor meer informatie over de regels voor werken met kinderen lees Nieuwe regels voor werken met kinderen gaan 18 november 2024 in.
Organiseer je kansspelen? De kansspelbelasting gaat omhoog van 30,5% naar 34,2% in 2025 en naar 37,8% in 2026.